Jeugdkeeperstraining.

Jeugdkeeperstraining.

Bij een goede voetbalvereniging krijg je keeperstraining, heeft jou vereniging geen keeperstraining dan heb je een probleem want waar leer je dan keepen. Veel voetbalverenigingen kampen met het probleem keeperstraining omdat er niemand beschikbaar is die zowel de kennis en ervaring heeft om de jeugdkeepers keeperstraining te geven. Maar jij wil toch ook als Edwin vd Sar kunnen keepen? Aan de hand van enkele voorbeelden zal ik trachten de belangrijke facetten van het keepen op zowel foto's als woord op deze pagina te plaatsen.

Het "kommetje".

Het belangrijkste wapen van de keeper zijn de handen, want waar moet je anders een bal mee vangen. Met het zogenaamde kommetje leer je de bal goed vangen. Maak van je handen een kommetje als of je een bal vangt, let er wel op dat de vingers gespreid zijn en de duimen achter de bal.  Als je op deze manier de bal vangt zal deze minder snel door je handen glippen. 

Halfronde cirkel.

Maak in gedachten van je doelgebied een halfronde cirkel van paal tot paal. Het voordeel hiervan is dan je vanuit elke positie de bal kan volgen en de hoeken kunt verkleinen door tijdig in te stappen wanneer een speler met de bal op je afkomt.

Doel verkleinen.

Een keeper mag nooit op de lijn van zijn doel keepen. Een keeper staat altijd 1 a 2 meter voor zijn doel. Waarom ? Om zijn doel te verkleinen. Als de keeper vanaf zijn doellijn keept zal hij zien dat als hij zich laat vallen, zijn hoeken groter lijken dan wanneer hij er voor staat en zo de kans op een doelpunt kan verkleinen of voorkomen.

Basis uitgangshouding.

Bij de basis-uitgangshouding staat de keeper iets gebogen door de knieen en op de bal van zijn voet. Vanuit deze positie kan hij snel ingrijpen bij verschillende acties van de tegenstander. Houdt hierbij de handen gespreid laag langs het lichaam om een eventuele lage bal ook direct te kunnen onderscheppen. Sta je als basis plat op je voeten en gewoon recht zal je niet of nauwelijks kunnen reageren op aankomende acties van de tegenspeler.

Veiligheid voor de keeper.

De keeper beschikt over een middel om de eigen veiligheid te verhogen namelijk zijn knie. Als de keeper in moet grijpen bij een hoge of lage bal heeft hij zijn knie om zich te beschermen waardoor de kans op een blessure voor hemzelf kleiner wordt. Als de keeper uit moet lopen op een hoge bal en hij is zeker van zijn zaak dat hij de bal kan pakken, klimt hij als het ware naar het hoogste punt om daar de bal te onderscheppen. Hoogste punt is waartoe de keeper in staat is de bal boven zijn tegenstander te pakken. Hierbij roept of schreeuwt hij "los" ten teken dat hij de bal kan pakken. Hierbij trekt hij zij knie in om zichzelf te beschermen. Hetzelfde geldt voor een lage bal wanneer de keeper uit moet komen om de bal te onderscheppen.

Angst om te vallen en duiken wegnemen.

Als beginnend keeper heb je nog de angst om te vallen of te duiken omdat je denkt dat het pijn doet. Als je valt of duikt op de juiste manier zoals op je heup en halfronde schouderblad zal je merken dat dit geen pijn doet. Als je de volgende oefeningen goed uitvoert zal je zien dat je binnen enkele weken naar elke gewenste hoek valt en duikt zonder dat dit pijn doet. Volgens het 3 stappenplan leer je dit binnen de kortste keren.

Oefening 1.

Ga op je hurken zitten met je handen naar voren, doe net of je de bal pakt en trek hem naar je toe. Vervolgens laat je je omrollen zonder dat je de bal los laat. Hierbij rol je op je heup en doordat je je iets rond maakt kom je op je schouderblad terecht. Doe dit een aantal malen links en rechts en je zal merken dat dit geen pijn doet. De eerste keren voer je dit zonder bal uit en later neem je de bal erbij. Hou de bal zoals op de foto te zien is, rol om maar hou de bal vast.

Oefening 2.

Leg de bal op een meter van de keeper, begin bij de hurkhouding en laat de keeper omrollen naar de bal zonder dat hij zich afzet. Nu moet hij strekken naar de bal en zorgen dat zijn handen achter de bal staan

Oefening 3.

Leg de bal op circa 2 meter van de keeper, werk vanuit dezelfde hurkhouding, nu moet de keeper iets omhoog komen en afzetten naar de bal. Dit zijn de eerste beginselen van het duiken. Als de keeper dit op de juiste manier uitvoert zal hij geen pijn ondervinden en zoals eerder beschreven gaandeweg naar links en rechts duiken.

 

Lage bal onderscheppen en veiligstellen.

Als je een lage aankomende bal moet onderscheppen zak je door je knieen waarbij een knie tegen de hiel van de andere voet staat waardoor de bal niet door je benen kan, maak van je handen een schep en schep de bal op en naar je toe. Vervolgens hou je de bal vast en stel hem veilig door naar voren te vallen waarbij je languit komt te liggen. Mocht de bal iets meer naar links of rechts komen doe dan een stapje in die richting om goed achter de bal te zitten.

De volgende foto's zijn van de DVD "Basistechniek voor de jeugdkeeper" waarop een aantal van de volgende oefeningen in woord en beeld verkrijgbaar is.